Wstaw prawidłowo odmieniony czasownik:
- Hij ……. (telen) plantjes en ……. (worden) nog eens betrapt!
- ……. (dragen) jij dit project een warm hart toe?
- Weet jij hoeveel het eetfestijn onze bedrijf ……. (opleveren)?
- Zijn blik ……. (dwalen) weg.
- Wij ……. (vinden) dat ze er bleekjes uitziet.
- Ik ……. (vermijden) Markus zo veel als ik kan.
- ……. (lijden) jij ook onder deze situatie?
- ……. (halen) jij de post binnen?
- Wie ……. (dirigeren) het orkest tijdens de nieuwjaarsconcerten?
- Wie ……. (bieden) er hoger?
- Vader ……. (slalommen) tussen de kegels van het parcours.
Trzymamy za Was kciuki!!! Napiszcie swoje propozycje w komentarzu, jeśli pojawi się błąd, podamy Wam poprawną odpowiedz 🙂
TEAM LEKCJA HOLENDERSKIEGO